Er zijn 2 voornaamste hormonen tijdens de menstruatiecyclus:
- Oestrogeen. Er zijn daarbij 3 typen oestrogeen:
- Oestradiol (E2)
- Oestriol (E3)
- Oestron (E1)
- Progesteron
Oestrogeen
Oestrogeen helpt de voorplantingssysteem en vrouwelijke geslachtskenmerken (zoals de borsten en schaamhaar) te ontwikkelen en onderhouden. Oestrogeen:
- Controleert de menstruatiecyclus
- Reguleert bloedsuiker
- Reguleert eetlust
- Is een anabool hormoon
- Speelt een rol in de groei van het follikel (eiblaasje)
- Verdikt de lijn van de baarmoeder
Tekenen van een overschot aan oestrogeen zijn:
- Flinke menstruatieperiodes
- Nervositeit en depressie
- Gewichtstoename
- Hoofdpijn en migraines
- Opvliegers
- Vaginale droogte
Tekenen van een tekort aan oestrogeen zijn:
- Lichte bloedingen (lichte menstruatie)
- Lage botdichtheid
- Lage hoeveelheid vetvrije massa
Progesteron
Progesteron is de antagonist van oestrogeen. Het wordt geproduceerd door de corpus luteum (gele lichaam) na ovulatie.
In tegenstelling tot oestrogeen is progesteron katabool en breekt het vetvrije massa af tot vrije aminozuren.
Progesteron is essentieel voor voortplanting, omdat het je lichaam voorbereid op conceptie en zwangerschap.
Progesteron speelt een rol in het verdunnen van de baarmoederlijn.
Als een vrouw hevige bloedingen ervaart. kan dit komen door een gebrek aan progesteronproductie.
Progesteron kan als hormoon een kalmerend effect hebben en werkt als anti-inflammatie reactie.
Progesteron verhoogt de kernlichaamstemperatuur. Hierdoor stijgt de lichaamstemperatuur na ovulatie.
Dieet, stress en leefstijl hebben een flinke uitwerking op ovulatie. Dit heeft vervolgens weer een impact op progesteronproductie. Zonder ovulatie kun je geen progesteron produceren.
Fluctuaties tijdens de cyclus
Oestrogeen en progesteron wisselen elkaar telkens af in dominantie gedurende de menstruatiecyclus:
- Oestrogeen is het dominante hormoon tijdens de foliculaire fase
- Progesteron is het dominante hormoon tijdens de luteale fase
Op basis van deze verschillen in hormoonwaarden, zou je verwachten dat training effectiever is voor spiergroei gedurende de folliculaire fase. Dit omdat de herstelcapaciteit en belastbaarheid daar hoger ligt, dan tijdens de luteale fase.